FUEL - page 14

Het viel Steinbuch destijds op
dat we in Nederland goed zijn in
mechatronica – het vakgebied waarin
elektrotechniek, werktuigbouwkunde
en ICT samenkomen – maar dat
er nog geen industrie was op het
gebied van chirurgische robots.
“Daar ben ik toen mee begonnen.
Eerst met een paar studenten, toen
met een promovendus, en nog
een promovendus. Inmiddels ben
ik betrokken bij twee start-ups.
Een voor de ontwikkeling van een
oogchirurgierobot en eentje voor
een microchirurgievaatrobot. In mijn
eigen researchgroep zijn we alweer
bezig met de volgende toepassing,
een robot die bot kan wegfrezen
achter het oor, bijvoorbeeld voor een
gehoorimplantaat, of om tumoren
te verwijderen. Chirurgen staan vaak
urenlang te frezen en moeten allerlei
zenuwen omzeilen, want er mag
natuurlijk geen halfverlamde patiënt
overblijven. Volgend jaar moet die
robot af zijn.”
het geweten
Nederland scoort volgens Steinbuch
goed op het gebied van allerlei
innovaties, maar het kan altijd beter.
“Zeker grote bedrijven zijn gericht
op snelle aandeelhouderswaarde.
Zestien jaar geleden had Philips
Research in Eindhoven drieduizend
man en nog eens drieduizend in de
rest van de wereld. Shell had ook zo’n
gigantische researchafdeling. Die labs
bestaan niet meer in die vorm. De
inspanningen zijn meer productgericht.
Langetermijninnovaties staan
daardoor onder druk.” Steinbuchs
missie bij zijn vakgroep: “Eraan
bijdragen dat universiteiten, in het
bijzonder de technische, het geweten
worden van langetermijninnovatie.”
Tegelijkertijd baart het hem zorgen
De uitdaging
is rust vinden”
dat de basisfinanciering van de
overheid voor universiteiten krap
is, waardoor die steeds minder geld
steken in fundamenteel en toegepast
wetenschappelijk onderzoek.
Innovatie komt ook buiten hightech
clusters als zijn eigen ‘Brainport’ tot
bloei; Steinbuch ziet in Nederland veel
bedrijven met potentie. Voorwaarde
voor succes: ze moeten
agile
zijn, snel
kleine stappen zetten. “Grote stappen
zijn kostbaar. Je weet als bedrijf immers
nog niet precies welke kant je op moet
schieten. Wat ik ondernemers aanraad:
zet creatieve mensen in je bedrijf bij
elkaar, medewerkers die echt out of the
box denken. Laat ze op vrijdagmiddag of
elke twee weken een brainstormsessie
doen. Een opdracht die je zo’n denk-
clubje kunt geven is: zoek uit hoe we ons
eigen bedrijf kunnen disrupten, telkens
opnieuw. Dat is het nieuwe denken:
try
and iterate
. Daarnaast is het belangrijk
dat we fouten durven te maken om
ervan te leren.”
stress van alledag
Ook het mkb kan de vruchten plukken
van de innovatiekracht in dergelijke
‘ecosystemen’. “Mkb-bedrijven willen
graag vooruit, maar vinden daarvoor
vaak niet de rust. Dat is eigenlijk de
grootste uitdaging: door de stress van
alledag heen komen. De gedachte is
vaak dat grote bedrijven de resources
daarvoor wel hebben, maar een grote
tanker tijdig bijsturen lukt nauwelijks.
Daar heeft het mkb een voordeel.”
Een andere tip die hij het bedrijfsleven
graag meegeeft: werk samen met
andere ondernemingen, liefst om de
hoek. “Zoek je concullega’s op in je
eigen regio. Wij doen dat in Brainport
al vijftien jaar met succes. Bedrijven die
eigenlijk concurreren, kiezen er toch
voor om samen met de TU Eindhoven
en Hogeschool Fontys onderzoek
te doen. In je uppie aankloppen bij
een kennisinstelling werkt niet. Doe
het vooral samen, maak je eigen
ecosysteem!”
14
1...,4,5,6,7,8,9,10,11,12,13 15,16,17,18,19,20,21,22,23,24,...40
Powered by FlippingBook